Eten lijkt zo vanzelfsprekend.
Een dagelijks ritueel dat je even tussendoor doet.
Maar voor veel mensen met autisme is eten alles behalve eenvoudig.
Niet alleen vanwege wat er op het bord ligt, maar ook vanwege alles eromheen:
- Kiezen
- Plannen
- Voelen
- Proeven
- Verwerken
- Aanpassen
Eten is:
- Zintuiglijk
- Sociaal
- Onvoorspelbaar
- Vol keuzes
En juist dát maakt het vaak zo ingewikkeld.
Eetproblemen bij autisme: meer dan ‘lastige eters’
Er zijn veel manieren waarop eetproblemen zich kunnen uiten bij mensen met autisme:
-
Beperkt eetpatroon: slechts een paar ‘veilige’ voedingsmiddelen
-
Overgevoeligheid voor textuur of geur: bijvoorbeeld geen zachte dingen of geen sausjes
-
Over- of onderregistratie van honger- en verzadigingssignalen
-
Moeite met plannen en organiseren rondom eten
-
Stress bij het moeten kiezen of koken
-
Eetproblemen bij prikkels of vermoeidheid
-
Sociaal ongemak bij samen eten of eten in groepen
-
Sterke voorkeur voor ritme, vaste producten en voorspelbaarheid
-
Overeten of juist vergeten te eten bij hyperfocus
Vaak zijn het losse puzzelstukjes die samen het eetproces bemoeilijken.
Waarom is eten soms zo complex bij autisme?
1. Eten is zintuiglijk
- Smaken
- Geuren
- Temperaturen
- Kleuren
- Geluiden bij het kauwen of slikken
- De textuur in je mond...
Voor iemand met een prikkelgevoelig brein kan dit extreem intens zijn.
Wat voor de één “gewoon spaghetti” is, kan voor de ander een onhandelbare cocktail van glibberigheid, geur en plakkerigheid zijn.
2. Eten is sociaal
Eten in gezelschap vraagt om sociale afstemming.
- Weten wanneer je begint (en stopt)
- Hoe je eet
- Hoe snel je eet
- Hoe veel je opschept
- Wat je wel en niet op eet
- Hoeveel je praat
- Wat je zegt
- Informatie (verbaal en non-verbaal) van je tafelgenoten verwerken
- Eet geluiden van anderen (en van jezelf)
Voor iemand met autisme kan een etentje voelen als een toneelstuk met onduidelijk script.
Dat kan zoveel energie kosten, dat het eten zelf niet eens meer lukt.
3. Eten is planning
- Kiezen wat en wanneer je wat eet
- Rekening houden met wat je nog in huis hebt of wat je lichaam nodig heeft
- Boodschappen doen (prikkels en keuzes maken in de supermarkt)
- Boodschappen thuis opruimen
- Op tijd beginnen met koken
- Logistiek van het koken (recept volgen)
- Keuken opruimen en schoonhouden
Dat zijn veel stappen.
Voor iemand met autisme kunnen al die schakels samen een blokkade vormen.
Als het overzicht ontbreekt, komt er soms helemaal geen maaltijd of überhaupt eten in huis.
4. Eten is verbonden met structuur en veiligheid
Veel mensen met autisme hebben baat bij herhaling en voorspelbaarheid.
Nieuwe producten of spontane eetmomenten kunnen onveilig voelen.
Dan is het logisch dat je liever altijd hetzelfde eet — niet uit koppigheid, maar omdat dát rust geeft.
Voorbeelden uit de praktijk
-
Iemand die alleen crackers met kaas eet, omdat brood “te zacht” is en warme maaltijden “te chaotisch voelen”.
-
Een student die niet weet wat hij moet eten en daarom elke avond overslaat — niet uit eetstoornis, maar door keuzestress en planningsproblemen.
-
Een werknemer die op het werk niet in de kantine wil eten, omdat hij overprikkeld raakt van het lawaai en niet weet waar hij moet gaan zitten. Omdat zijn collega's wel allemaal in de kantine eten, werkt hij door zonder te eten; hij gaat immers niet mee naar de kantine.
-
Een ondernemer die wel wil eten, maar in hyperfocus raakt en simpelweg vergeet dat het tijd is.
- Een single die al een week geen boodschappen in huis heeft en enkel fastfood thuis laat bezorgen omdat het hele proces van maaltijd planning en boodschappen doen te complex is.
- Een moeder die het, zonder dat anderen gemerkt hebben hoe ingewikkeld het voor haar was, voor elkaar heeft gekregen om wederom de dagelijkse avond maaltijd op tafel te zetten en geen hap meer door haar keel krijgt (of juist gaat 'over eten') door de organisatie voorafgaand aan het diner en tijdens overwelmd raakt door de sociale verwachtingen (praten over de dag, interesse tonen, opvoeden en een voorbeeldfunctie zijn).
Vaak spelen zintuiglijke gevoeligheid, behoefte aan controle én gebrek aan interne signalering allemaal tegelijk mee.
Eten als kracht èn kwetsbaarheid
Eten is niet àlleen lastig — het kan ook een bron van rust zijn.
Veel mensen met autisme vinden veiligheid in een vast eetpatroon.
Een vertrouwde maaltijd kan juist een anker zijn in een onvoorspelbare dag.
Het is dus niet per se iets dat opgelost moet worden, zolang het voldoende, gevarieerd en voedzaam is.
Maar als het eten leidt tot stress, conflicten of tekorten, is het goed om te onderzoeken wat eronder ligt en wat nodig is -binnen de mogelijkheden- om tot oplossing(en) te komen.
Wat helpt?
-
Begrip in de omgeving: niet dwingen om “gewoon mee te eten”, maar zoeken naar wat wèl lukt.
-
Zelfkennis ontwikkelen: wat zijn je triggers? Wat werkt juist wel?
-
Structuur aanbrengen: weekplanning, vaste recepten, standaard boodschappenlijst.
-
Sensorische aanpassingen: koken met vertrouwde producten, eten in rustige ruimte.
-
Begeleiding zoeken bij een autismecoach of diëtist die ervaring heeft met autisme.
Tot slot
Eten is zelden “gewoon eten” voor mensen met autisme.
Het is zintuiglijk, sociaal, strategisch en emotioneel tegelijk.
Als je dat begrijpt, wordt duidelijk waarom het soms zo ingewikkeld is — en waarom oordeel of goedbedoeld aandringen zelden helpt.
Wat wèl helpt, is geduld, maatwerk en luisteren naar wat iemand nodig heeft om zich veilig te voelen in een proces dat voor anderen vanzelfsprekend lijkt.
🧩 🥦"Voor jou is eten misschien iets vanzelfsprekends.
Voor mij is het een landschap vol prikkels, keuzes en verwachtingen.
Vraag me niet wat ik eet, maar wat ik nodig heb om te kunnen eten."