Veel mensen met autisme kennen het gevoel: je zegt iets wat voor jou volkomen logisch en duidelijk is, maar de ander reageert gekwetst, verbaasd of verward.
Je bedoelde het niet onaardig. Je had geen verborgen agenda. En toch is er miscommunicatie ontstaan.
Eén van de meest hardnekkige misverstanden rond autisme draait om communicatie.
Niet omdat mensen met autisme niet willen of kunnen communiceren, maar omdat ze het vaak op een andere manier doen: eerlijk, direct en zonder verborgen lagen.
Letterlijk nemen wat er gezegd wordt
Mensen met autisme hebben vaak een voorkeur voor duidelijke, feitelijke communicatie.
De taal van de ander wordt heel letterlijk genomen en deze letterlijke taal wordt andersom ook op deze manier gebruikt.
Woorden betekenen wat ze zeggen – geen ondertoon, geen suggestie, geen manipulatie.
Maar veel communicatie tussen mensen zonder autisme zit juist vol met subtiliteiten:
-
“Zullen we straks even overleggen?” betekent soms: je hebt iets niet goed gedaan.
-
“Ik zie dat je het druk hebt” betekent soms: laten we maar niet afspreken.
-
“Wat een opvallende jurk!” kan zowel positief als kritisch bedoeld zijn – afhankelijk van de toon.
Voor een autistisch brein is dat ingewikkeld. Waarom zeggen mensen niet gewoon wat ze bedoelen?
Waarom zijn woorden niet gewoon betrouwbaar?
Dit verschil in interpretatie maakt dat mensen met autisme zich vaak onbedoeld buitengesloten of heel onzeker voelen in sociale interacties.
Want je bent constant op je hoede of je signalen mist die voor een ander vanzelfsprekend zijn, waardoor er miscommunicaties of -interpretaties kunnen ontstaan in de relatie.
Minder sociale intuïtie - zorgt voor onbegrip
Communicatie is meer dan woorden. In sociale situaties draait het ook om toon, gezichtsuitdrukking, timing en context.
Veel mensen met autisme kunnen deze signalen minder automatisch oppikken of anders interpreteren, waardoor de reacties soms ‘off’ lijken.
Bijvoorbeeld:
-
Niet reageren op een grap omdat de ironie niet wordt gehoord.
-
Niet meteen reageren op een een subtiele hint.
-
Helemaal niet reageren omdat het onduidelijk is wat er bedoeld of verwacht wordt.
- Juist veel vragen stellen ter verduidelijking om goed te begrijpen wat de ander bedoelt.
- Iemand onderbreken door het niet aanvoelen dat de ander nog niet klaar was.
Voor de buitenwereld lijkt dat soms ongeïnteresseerd of onbeleefd, terwijl het in werkelijkheid gaat om een verschil in sociale intuïtie – nìet aan een gebrek aan empathie of betrokkenheid.
De risico's van appen, mailen en bellen
Miscommunicatie ontstaat sneller wanneer het contact plaatsvindt via geschreven tekst, zoals appjes of e-mails, of via de telefoon.
In deze vormen van communicatie ontbreekt een belangrijk deel van de sociale context: je ziet geen gezichtsuitdrukking, geen lichaamstaal en mist bij enkel geschreven taal de subtiele nuances in intonatie.
Juist deze signalen helpen veel mensen om in te schatten hoe iets bedoeld is.
Dit geldt voor iedereen, ook als er geen sprake is van autisme.
Voor mensen met autisme, die sociale signalen meestal minder automatisch integreren, maakt bij deze vormen van communicatie het soms nog lastiger om de juiste inschatting te maken. Waardoor er in de onderling sneller misvattingen kunnen ontstaan.
Zo kan iemand met autisme een signaal of boodschap niet oppikken en kan bij iemand zonder autisme een neutraal bedoelde opmerking in app of mail onverwacht hard binnenkomen, of juist als afstandelijk of ongeïnteresseerd worden geïnterpreteerd.
Ook in een telefoongesprek kan cruciale informatie worden gemist, omdat het non-verbale deel van de communicatie niet kan worden ‘gelezen’.
De kans op misverstanden wordt daardoor groter – terwijl beide partijen vaak met de beste intenties communiceren.
Eerlijk, direct en zonder sociale 'bla bla' – wordt niet altijd gewaardeerd
Waar veel mensen zonder autisme hun woorden voorzichtig afwegen om anderen niet te kwetsen, zeggen mensen met autisme vaker precies wat ze denken – niet uit onbeleefdheid, maar omdat het de waarheid en transparant is of omdat het een letterlijke en eerlijke reactie is op de letterlijke taal van de ander (die de ander mogelijk niet zo letterlijk bedoelde).
Een opmerking als:
Veel mensen met autisme worstelen met het feit dat eerlijkheid niet altijd wordt gewaardeerd – of zelfs wordt afgestraft.
Er wordt dan gezegd dat ze “te bot”, “ongevoelig” of “tè direct” zijn.
Maar vaak is het juist puur bedoeld vanuit sociale en loyale intenties om open te communiceren zonder dubbele agenda.
Wat voor de één als ‘onhandig’ overkomt, is voor de ander een uiting van integriteit.
Emotionele reactie op neutrale boodschap
Een veelvoorkomend misverstand in communicatie tussen mensen met en zonder autisme ontstaat wanneer de ander emotionele lading toekent aan iets wat feitelijk en neutraal bedoeld was.
Mensen met autisme zeggen meestal precies wat ze bedoelen – zonder verborgen boodschap of bijbedoeling.
Maar de ontvanger hoort dan bijvoorbeeld irritatie, kritiek of sarcasme in een zin waarin dat helemaal niet aanwezig was.
Het gevolg is dat er frictie ontstaat, of zelfs een conflict, terwijl de persoon met autisme van niets weet.
Er wordt pas gemerkt dat er iets mis is als de ander opeens afstandelijk doet, zich terugtrekt, vaag onlogisch gedrag gaat vertonen of aangeeft gekwetst te zijn – en dat komt dan als een complete verrassing.
Dit soort situaties kunnen erg verwarrend en pijnlijk zijn, voor beide partijen.
Gevolg: niet meer jezelf durven zijn
Als je keer op keer wordt geïnterpreteerd als ‘raar’, ‘bot’ of ‘onhandig’, terwijl je gewoon jezelf bent en oprecht communiceert, kan dat leiden tot sociale onzekerheid.
Veel mensen met autisme leren zichzelf aan om zich voortdurend aan te passen, om te maskeren, of om simpelweg maar niets meer te zeggen.
De onzekerheid van verkeerd begrepen worden zit niet in het anders-zijn, maar in de reactie van de omgeving op die verschillen.
Sarcasme en incongruent gedrag: verwarring tussen wat je zegt en wat je doet
Voor veel mensen met autisme is het verwarrend wanneer de boodschap die iemand uitspreekt niet klopt met wat diegene uitstraalt.
Dit wordt incongruent gedrag genoemd.
Denk aan iemand die met een glimlach zegt: “Nou, dat was écht een goed idee…” terwijl de ondertoon juist kritisch of spottend is bedoeld.
Voor mensen die letterlijk taal verwerken, ontstaat hier verwarring: moet ik de woorden serieus nemen? Of de toon? Of de gezichtsuitdrukking?
Bij sarcastische humor gebeurt precies dat – de boodschap is omgekeerd aan wat er letterlijk wordt gezegd, en de juiste interpretatie hangt vaak af van subtiele non-verbale signalen zoals een opgetrokken wenkbrauw, een bepaald stemgebruik of een pauze.
Omdat het autistische brein die sociale signalen niet altijd automatisch integreert met de gesproken taal, kan dit leiden tot misinterpretatie.
Iemand met autisme kan een sarcastische opmerking letterlijk opvatten en daardoor de grap missen – of zich zelfs gekwetst voelen terwijl het niet zo bedoeld was.
Of andersom: ze voelen wel dat er ‘iets niet klopt’, maar kunnen niet precies aanwijzen wat. Dat dubbele laagje in communicatie kan enorm verwarrend zijn, vooral als het gepaard gaat met lachen of groepsdynamiek waar je je als buitenstaander niet vanzelfsprekend in beweegt.
Voor iemand met autisme is het juist helpend als woorden, toon en intentie met elkaar kloppen – dan is communicatie helder en veilig.
Autisme en toch (sarcastische) humor?!
Verwarring kan ontstaan als iemand met autisme zelf ook veelal (sarcastiche) humoristiche uitingen heeft en mensen dan zeggen: “Maar je hebt toch zelf ook sarcastische of ironische humor?”
Die aanname berust op een hardnekkig misverstand: dat mensen met autisme geen grapjes snappen, geen ironie begrijpen of niet zelf grappig kunnen zijn.
In werkelijkheid hebben veel mensen met autisme juist een uitstekend gevoel voor humor.
Autistische humor is vaak droog, scherp, woordgericht of gebaseerd op logica.
Denk aan taalgrappen, woordspelingen, absurde redeneringen of het blootleggen van tegenstrijdigheden in wat mensen zeggen versus wat ze doen.
Sommige mensen met autisme gebruiken sarcasme of ironie ook zélf, soms juist heel effectief – bijvoorbeeld als stijlmiddel om iets kritisch te benoemen zonder het direct te zeggen.
Het verschil is alleen dat sarcasme bij anderen soms moeilijk te herkennen is, zeker als het afhankelijk is van intonatie of gezichtsuitdrukking in plaats van de woorden zelf.
Daarnaast speelt voorspelbaarheid een rol.
Wanneer humor ingebed is in een vertrouwde situatie, zoals bij een terugkerend grapje of binnen een hechte groep, is het makkelijker te begrijpen en te gebruiken.
Spontane sociale humor, met veel lagen of impliciete boodschappen, kan dan weer wél verwarrend zijn.
Maar dat zegt niets over het vermogen tot humor – alleen over het verwerken van de informatie binnen de sociale context waarin die humor plaatsvindt.
Kortom: mensen met autisme missen geen gevoel voor humor en kunnen prima humor incasseren – ze hebben vaak juist een originele, slimme en verrassende kijk op de wereld die zich op een hele eigen manier uit in humor met vaak als voorwaarde dat het binnen een veilige en logische (bekende) context plaatsvindt.
Wat helpt: bruggen bouwen tussen verschillende communicatiestijlen
Communicatie tussen mensen met en zonder autisme hoeft geen probleem te zijn – als beide partijen zich bewust zijn van elkaars stijl.
Wat kan helpen:
-
Leg als persoon met autisme de ander uit hoe jij communiceert.
-
Leg als persoon zonder autisme uit hoe jij communiceert.
-
Geef expliciet aan wat je bedoelt, zonder vage hints.
-
Vraag om verduidelijking en vul niet in.
-
Zie eerlijkheid niet als botheid, maar als openheid.
- Evalueer regelmatig samen en benoem het verschil in interpretatie als het misgaat, zonder schuld te zoeken.
Autistische communicatie = minder sociale ruis
Mensen met autisme communiceren vaak duidelijker, eerlijker en met minder sociale ruis dan de meeste mensen gewend zijn.
Dat kan wennen zijn.
Als je in een (werk)relatie openstaat om de andere manier van communicatie van elkaar te begrijpen, ontstaat er ruimte voor èchte communicatie, verbinding en samenwerking – zonder insinuaties, zonder 'net te hoeven doen alsof', zonder onnodige onenigheid- ❤️.